Wijziging omgevingsplan voor het thema bodemkwaliteit regio Zuid-Holland Zuid

Wij willen als gemeente zorgen voor een gezonde en veilige leefomgeving. Daarbij letten we goed op het gebruik en de bescherming van de bodem. Dit vraagt om een goed grondbeleid. De bodemkwaliteit moet passen bij de functie die een locatie heeft. In een woonwijk moet de bodem bijvoorbeeld schoner zijn dan een industrieterrein. Door de invoering van de Omgevingswet in 2024 zal het huidige grondbeleid worden omgezet in een omgevingsplan. Het grootste deel van de regels komt van de landelijke overheid. De gemeente moet deze verplicht overnemen. Daarnaast biedt een deel van de regels ruimte om waar nodig de lokale regels te herzien en aan te scherpen. De nieuwe ontwikkelingen op het gebied van bodemkwaliteit zijn opgenomen in de regels. Dit gaat niet alleen over chemische stoffen zoals PFOA en lood, maar ook over onderwerpen zoals natuur, duurzaamheid en digitalisering.

Wie krijgt te maken met de bodemregels?

De regels gaan over het gebruik van bouwmaterialen, grond en bagger, maar ook over bouwen, saneren van vervuilde grond en graven. Meestal heeft een gewone inwoner hier niet direct mee te maken, maar aannemers en bedrijven wel. Aannemers en bedrijven hebben vaak met de regels te maken. Bijvoorbeeld bij de aanleg van kabels en leidingen dan wordt er in meer dan 25 m3 gegraven. Of als voor de bouw gesaneerd moet worden, omdat de bodemkwaliteit onvoldoende was. De sanering mag alleen door een erkend bedrijf worden uitgevoerd. Ook baggeren of ophoging van percelen met grond (toepassen van grond of bagger) wordt meestal door een bedrijf gedaan.

Hieronder leggen wij op hoofdpunten uit wat nieuw is geregeld ten aanzien van het voorgaande beleid. Daar vullen wij de rijksregels aan. Tot slot leggen wij uit wat verplicht geregeld moet worden in het omgevingsplan.

Wat zijn de belangrijkste nieuwe punten? 

PFOA

Voor hergebruik van grond binnen de regio zijn nieuwe normen opgenomen. Deze bieden meer ruimte dan het landelijke beleid, maar zijn strenger dan de oude normen uit 2018. De normen zijn gebaseerd op de adviezen van het RIVM en regionaal onderzoek. De normen gelden bijvoorbeeld bij het ophogen van een perceel (toepassen van grond). Er is ook maatwerk mogelijk. Dat betekent dat afwijken in bepaalde situaties mogelijk.  Hiervoor zijn randvoorwaarden opgesteld. Een van de voorwaarden is dat de locatie waar grond wordt hergebruikt nooit vuiler mag worden en het hergebruik nooit mag leiden tot gezondheidsrisico’s. 

Voor het saneren (het beperken of ongedaan maken van de verontreiniging van de bodem) bij bouw is een strengere norm opgenomen dan vorig jaar landelijk was vastgesteld. De normen zijn strenger omdat het RIVM in haar advies aangaf dat de norm strenger moet zijn. Iedereen in Nederland wordt namelijk al blootgesteld aan PFAS. De norm geldt bijvoorbeeld bij het bouwen van een nieuwe woning. 

Bij graafwerkzaamheden moet ook rekening gehouden worden met PFOA, dit is overgenomen uit de voorbeschermingsregels. De voorbeschermingsregels zijn regels die gemeente heeft ingesteld ter voorbereiding van een wijziging omgevingsplan om situaties die strijdig zijn met het toekomstige omgevingsplan. 

Lood

De norm die het Rijk meegeeft is niet voldoende voor een gezonde leefomgeving voor kinderen. Het RIVM, GGD en provincie adviseren een strengere norm. Dit resulteert in regels met een strengere norm voor het toepassen van grond (afkomstig van binnen en buiten onze regio) in woonwijken en volkstuinen. Voor het saneren bij bouw is ook een strengere norm opgenomen. De norm geldt bijvoorbeeld bij het bouwen van een nieuwe woning en bij het toepassen van grond in een woonwijk waar ook kinderen spelen.

Thermisch gereinigde grond en bouwstoffen als staalslakken, immobilisaat en bodemas

Er is een verbod opgenomen voor het toepassen van thermisch gereinigde grond en bouwstoffen zoals staalslakken, immobilisaat en bodemas. Van het verbod kan afgeweken worden met een vergunning. Alleen op de juiste manier en op de juiste plek mag dit worden toegepast. Dit is bijvoorbeeld onder een grote bedrijfsloods. Maar niet op onverharde plekken of plekken waar in de toekomst vaker gegraven zal worden zoals bij kabels en leidingen. De regels geven een sterke grip op deze toepassingen en verkleinen de kans op milieuschade. De voorbeschermingsregel is aangepast en overgenomen.

Vluchtige stoffen

Een vluchtige stof is een stof die snel verdampt. Dit treedt ook op in de bodem en dat kan stinken of zelfs gezondheidsklachten veroorzaken. Bijvoorbeeld als de stoffen uit de bodem dampen tot in een woning. In de regels is daarom opgenomen dat deze stof bij sanering moet worden verwijderd. Afdekken (met bijvoorbeeld een leeflaag) mag niet, want dan kan de stof nog steeds uitdampen. Onder de oude wetgeving (voor 2024) werd de stof ook altijd zo goed mogelijk verwijderd. De Omgevingswet voorziet hier niet in. Daarom was dit opgenomen in de voorbeschermingsregels en wordt dit overgenomen in de lokale regels. 

Ecologie

Voor de ecologie is de juiste bodemkwaliteit van belang. Zo mag in wegbermen buiten de bebouwde kom alleen grond van de klasse wonen of schoner worden toegepast. Voorheen mocht hier klasse industrie worden toegepast, maar dit is niet goed voor de ecologie. Er zijn nu ook regels voor de zuurgraad (pH) en het zoutgehalte van de grond. Dit is belangrijk voor de natuur, maar was eerder niet duidelijk. De zuurgraad en het zoutgehalte moeten aansluiten bij wat in de regio normaal is. Deze waarden zijn nu opgenomen in de regels.

Bedrijven- en industrieterreinen

Grond uit de regio van de kwaliteitsklasse industrie mocht al worden toegepast op bedrijven- en industrieterreinen. Dit oude beleid wordt gecontinueerd. Uitzondering hierop is het circulair bedrijvenpark Ambachtsezoom in Hendrik-Ido-Ambacht, omdat hier ecologische ambities zijn.

Bij het saneren van een bedrijfs- of industrieterrein werd eerder al het afdekken met een zogenaamde leeflaag met een dikte van een halve meter toegestaan. Dit is nu ook in de regels opgenomen. 

Kleine graafwerkzaamheden niet meer melden

Er zijn geen landelijke regels meer voor kleine graafwerkzaamheden. Daarom hoeven inwoners of bedrijven dit niet meer te melden. De gemeente mag zelf bepalen deze regels wel of niet over te nemen of aan te passen. Omdat kleine graafwerkzaamheden weinig impact hebben op het milieu worden deze regels niet overgenomen en hoeven kleine graafwerkzaamheden niet meer te worden gemeld.

Sneller en makkelijker werken

Er zijn regels opgenomen zodat de omgevingsdienst (OZHZ) van een initiatiefnemer direct alle informatie krijgt, die zij nodig heeft om haar taken te kunnen uitvoeren.

Wat zijn de verplichte overige punten?

Een groot gedeelte van de bodemregels zijn instructieregels van het rijk en provincie. De gemeente is verplicht deze regels toe te voegen aan het omgevingsplan. Ook zijn er door het rijk verschillende onderwerpen gedecentraliseerd. Of te wel: taken die eerst door het rijk werden uitgevoerd verschuiven naar de gemeente.
Het gaat om de volgende onderwerpen:

  • Graven in de bodem
  • Aanwijzen bodembeheergebied en bodemfunctiekaart
  • Lokale invulling hergebruik van grond
  • Grondwatersanering
  • Nazorg na saneren
  • Omgang met historische bodemverontreinigingen
  • Eisen aan bodemkwaliteit voor de bouwvergunning (bodemonderzoek)
  • Eisen aan grondwaterkwaliteit voor de bouwvergunning (grondwateronderzoek)

Deze regels horen bij de wijziging van het omgevingsplan over bodemkwaliteit. De wijziging wordt, met uitzondering van de nieuwe punten, beleidsneutraal doorgevoerd.

Wat wordt gewijzigd in het omgevingsplan?

Het omgevingsplan wordt gewijzigd voor het thema bodemkwaliteit. In het omgevingsplan staan alle lokale regels voor de fysieke leefomgeving. Deze regels vervangen de oude gemeentelijke verordeningen, bestemmingsplannen en regionale bodembeheernota. Voor het thema bodemkwaliteit zijn nieuwe lokale regels uitgewerkt. Dit gaat over het hergebruik en toepassen van grond, graven, saneren, nazorg na saneren en bouwen op verontreinigde grond. Onderwerpen zoals bodemdaling en verdroging komen niet aan bod. Het gaat alleen over de bodemkwaliteit. 

Voor welk gebied gelden de bodemregels?

De regels gelden voor de regio Zuid-Holland Zuid. Het is dus een regionale aanpak en samenwerking. De bodem stopt namelijk niet bij de gemeentegrens. De regio kent sinds 2010 al een regionaal bodembeleid want de opgaven van de gemeenten in de regio zijn grotendeels vergelijkbaar.